Reken- en wiskundetoets pabo

Elke aankomende pabostudent maakt de reken- en wiskundetoets. Het doel van deze toets is te bepalen of je voldoende rekenvaardig bent om de pabo te (ver)volgen. Je kunt de reken- en wiskundetoets een keer maken vóór de start van de pabo. Heb je de toets gehaald? Dan kun je aan de pabo beginnen en hoef je deze toets niet meer te maken. Haal je de reken- en wiskundetoets niet voordat je met de pabo start? Dan krijg je nog kansen om de toets te maken. Je moet de toets gehaald hebben om je propedeuse te krijgen. Heb jij wat extra scholing nodig om met het volste vertrouwen deze toets te maken? Dan is deze training wat voor jou!

Algemene informatie

De reken- en wiskundetoets bestaat uit 55 toetsvragen: 17 vragen hoofdrekenen en 38 vragen niet-hoofdrekenen. Hoe dan ook mag je bij de beantwoording van alle vragen kladpapier gebruiken. De vragen gaan over de volgende vier domeinen:

* Hele getallen
* Verhoudingen, procenten, breuken en decimale getallen
* Meten en meetkunde
* Verbanden en statistiek

Deze training bestaat uit 8 weken. Tijdens de training is er van elk domein een fysieke les (4) en van elk domein een online module (4). Voor de fysieke lessen kom je maandagavond naar school. De online modules mag je in eigen tijd maken.

Met de aanschaf van een boek, de 8 weken training en jouw inzet heb je een grote kans dat je de toets gaat halen!

Data:
  • Start maandag 20 oktober 2025
  • Afronding 8 december 2026
Locatie:Curio zorg en welzijn, Biesdonkweg 33, Breda
Doelgroep:Deelnemers die willen gaan starten op de pabo
Toelatingseisen:Minimaal mbo niveau 4 diploma, havo diploma. 
Kosten:€ 225,- inclusief kosten voor lesboek. Vrijgesteld van BTW. 
Duur:8 weken (4 fysieke lessen en 4 online modules) van 2,5 uur.
De fysieke lessen vinden plaats op maandagavonden van 18.30 tot 21.00 uur.
 

Inhoud van de cursus

De volgende onderwerpen komen aan de orde tijdens de training. Het gaat om een greep uit  de eindtermen van de reken- en wiskundetoets. Voor een volledig overzicht van de eindtermen kan je kijken op Rekenen & wiskunde - Goed voorbereid naar de pabo:

Hele getallen:
De student kent en begrijpt de betekenis, uitspraak en schrijfwijze van getallen tot en met miljard.
De student kent en begrijpt de begrippen getal en cijfer en het verschil daartussen.
De student kent en begrijpt wiskundetaal behorend bij getallen.
De student kent en begrijpt de reken-wiskundige symbolen 
De student bewerkt negatieve getallen in een functionele context.
De student ordent en vergelijkt getallen (zowel positief als negatief) op een schaal of een getallenlijn.
De student houdt in een situatie waarin sprake is van meerdere basisbewerkingen in een opgave de juiste rekenvolgorde aan en gebruikt hierbij zo nodig haakjes.

Verhoudingen, procenten, breuken en decimale getallen
De student kent en begrijpt wiskundetaal passend bij verhoudingen, procenten, breuken en decimale getallen.
De student kent de getallen van een miljardste tot en met een tiende.
De student kent de regels voor het afronden van decimale getallen op een bepaald aantal decimalen of op een heel getal.
De student ordent en vergelijkt decimale getallen, percentages, verhoudingen en eenvoudige breuken (met als noemer 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11 of een veelvoud van 10), eventueel op een schaal of een getallenlijn.
De student voert bewerkingen met verhoudingen uit.
De student maakte breuken gelijknamig.
De student voert bewerkingen met breuken uit (zowel gelijknamig als ongelijknamig en zowel enkelvoudig als samengesteld).
De student voert bewerkingen met procenten en promille uit, onder andere door een deel van een geheel te nemen of te rekenen met toename/afname en waar nodig situationeel afronden.
De student voert bewerkingen met percentages boven de 100 uit, waaronder het nemen van een deel van een geheel of te rekenen met toename/afname.

Meten en meetkunde
De student kent en begrijpt wiskundetaal behorend bij meten en meetkunde.
De student kent en begrijpt de namen van de 2D-figuren: driehoek, vierhoek, rechthoek, vierkant, ruit, parallellogram, trapezium, veelhoek en cirkel.
De student kent en begrijpt de namen van de 3D-figuren: balk, kubus, prisma, kegel, bol, cilinder en piramide.
De student kent en begrijpt de voorvoegsels die horen bij de structuur van het metriek stelsel.
De student hoeft de schrijfwijze en waarden van niet-genoemde grootheden en buitenlandse valuta niet te kennen. 
De student kent en weet veelgebruikte omgerekende maten.
De student kent en begrijpt de betekenis van samengestelde grootheden.
De student kent en begrijpt de meetkundige symbolen voor diameter (d) en straal (r).
De student kent en weet de structuur en samenhang uit het metriek stelsel.
De student kent en weet verschillende vormen van symmetrie.
De student leest een werktekening af.
De student berekent de omtrek van een driehoek, vierkant en rechthoek zonder gegeven formule. 
De student leest een routebeschrijving af door gebruik van een kaart.

Verbanden en statistiek
De student kent en begrijpt veelvoorkomende diagrammen en grafieken.
De student kent en begrijpt wiskundetaal passend bij verbanden en statistiek.
De student kent en weet de verschijningsvormen van de diagrammen en grafieken. 
De student kent en weet de verschijningsvormen van de begrippen. 
De student beschrijft, analyseert, interpreteert en beoordeelt kritisch informatie uit diverse formulieren, schema’s, tabellen en andere grafische voorstellingen en lost hiermee vraagstukken op.
De student trekt conclusies over de situatie aan de hand van het verloop, de vorm en de plaats van de grafische informatie en lost hiermee vraagstukken op.
De student vergelijkt en combineert numerieke informatie uit diverse formulieren, schema’s, tabellen en andere grafische voorstellingen, ook wanneer het gaat om verbanden tussen meer dan twee variabelen. 
De student brengt verschillende voorstellingsvormen van verbanden (tabel, grafiek, formule, beschrijving in tekst en beeld) met elkaar in verband.
De student bewerkt of vat gegevens samen (bijv. gemiddelde, minimum, maximum) en ordent en geeft gegevens weer (met gebruik van ICT, zoals in een spreadsheet).
De student beschrijft lineaire of kwadratische patronen in getallenreeksen (data) en (meetkundige) figuren aan de hand van (woord)formules. 
De student leest of gebruikt (woord)formules. Of vervangt (woord)formules door een gelijkwaardige (woord)formule.

Mogelijkheid invoer data waarop de training plaatsvindt:

  • Maandag 20 oktober 2025
  • Maandag 27 oktober 2025
  • Maandag 3 november 2025
  • Maandag 10 november 2025
  • Maandag 17 november 2025
  • Maandag 24 november 2025
  • Maandag 1 december 2025
  • Maandag 8 december 2025

Na afloop beschikt de deelnemer over de volgende vaardigheden:

De deelnemer heeft geoefend met de domeinen en categorieën die horen bij de reken- en wiskundetoets van de pabo. In de training zijn alle eindtermen aan bod gekomen. 

Resultaat

Na voldoende afronding van het examen ontvangt de deelnemer een Curio bewijs van deelname en is de deelnemer voorbereidt op de reken- en wiskunde toets van de pabo.

Wil je een maatwerktraject? Wij brengen graag een offerte uit, gericht op de wensen en bijzonderheden van de organisatie. Hiervoor kun je contact opnemen met Elsa Kreuze, e.kreuze@curio.nl.